Verrassend genoeg neemt de gemiddelde sterfte meestal af wanneer het gebruik van antibiotica geleidelijk wordt verminderd. Dit kan worden verklaard door de toepassing van doordachte strategieën, een afname van de werkzaamheid van antibiotica en de verbetering van productienormen.
Gebaseerd op een van de talloze projecten ter vermindering van antibiotica die Trouw Nutrition de afgelopen tien jaar heeft uitgevoerd, blijkt dat het mogelijk is het antibioticagebruik in de pluimveesector terug te dringen zonder de sterfte te verhogen (figuur 1). Hieronder gaan we in op factoren die het verminderen van antibiotica al dan niet tot een succes kunnen maken.
Figuur 1 Het verminderen van antibioticagebruik op het Spaanse pluimveeverwerkingsbedrijf Grupo SADA leidt tot een reductie van de sterfte.
Minder antibioticagebruik: situatie van de Nederlandse pluimveesector
De trend om het gebruik van antibiotica in de veehouderij terug te dringen, krijgt wereldwijd navolging. Vanaf 28 januari 2022 gaat er ook in de EU een nieuwe verordening (2019/6) van kracht. Hierdoor wordt elk preventief gebruik van antibiotica aan banden gelegd. Zo is het routinematig, preventief inzetten van Lincospectine (of Spectoliphen), een antibioticum dat soms gebruikt wordt bij de opstart van een ronde, niet langer toegestaan. Voor Nederlandse pluimveebedrijven heeft deze wetgeving weinig gevolgen: Lincospectine (of Spectoliphen) werd hier al niet als preventief middel ingezet tegen pootproblemen. Toch blijft antibioticareductie ook in ons land nog zeker een aandachtspunt.
Lees over de Belgische pluimveesector
Testen, plannen en voorbereiden
Voldoende tijd, middelen en voorbereidingen zijn de sleutels tot succes bij het verminderen van antibioticagebruik. Voordat je inspanningen doet om antibiotica binnen je bedrijfsproces verder terug te dringen of zelfs helemaal uit te bannen, moet je eerst de belangrijkste risicofactoren van het gebruik van antibiotica vaststellen. Breng daarbij zoveel mogelijk risicofactoren in kaart, zoals de kwaliteit van de grondstoffen, de samenstelling van het voeder, endemische dierziekten en overige managementaspecten van je bedrijfsvoering. Aangezien antibioticagebruik sommige potentiële risico’s kan verhullen, is het aan te raden een audit door een extern bedrijf te laten uitvoeren om risico’s op te sporen die anders misschien verborgen zouden blijven.
Pootproblemen en conclusies vanuit Nederland
Het risico op pootproblemen in Nederland is drastisch verminderd door de komst van de traag groeiende rassen. Daarnaast speelt ook de uitkomst in de stal een grote rol. Pootproblemen gaan vaak gepaard met enterokokken-infecties. Deze besmetting kan al optreden in de broeikast. Nadien kan water nog een besmettingsbron vormen. Het tegengaan van pootproblemen vereist dan ook een totaalaanpak. Het toepassen van middelen die grampositieven (zoals enterokokken) remmen kan bijdragen aan het verminderen van besmettingsrisico’s. Selko® 4Health bevat actieve componenten die bijdragen aan het onderdrukken van de groei van enterokokken en vormt handvatten om deze problematiek te lijf te gaan.
Antibioticagebruik afbouwen: stap voor stap!
Een 'stap-voor-stap-strategie' zorgt bovendien voor bewustzijn en biedt alternatieve oplossingen voor risicofactoren die je voorheen misschien met antibiotica aanpakte. Door gebruik te maken van nieuwe inzichten en kleine, geleidelijke stappen te zetten om risicofactoren aan te pakken, is het effect op de prestaties vaak groter dan bij de vroegere productiewijze met behulp van antibiotica.
Neem contact op met Harry Hulman voor meer informatie.